De omgeving voelt vertrouwd, maar omdat ik nu blind ben moet ik opnieuw de weg leren in mijn eigen huis.
Waar is het toilet precies? Hoe gaan de deuren open? Waar staan de stoelen in de zitkamer? Waar vind ik de eettafel en mijn stoel? Hoe kan ik de trap op naar de badkamer en slaapkamer?
Ik ben blij als ik weer op mijn oude vertrouwde plekje zit. Ik realiseer me dat ik zelf weinig kan doen. Koffie of thee zetten, frisdrank inschenken, iets te eten klaar maken. Ik moet het aan anderen overlaten omdat ik niets meer kan zien en omdat ik moe ben en zal moeten herstellen van de operatie.
Ik ga op tijd naar bed, en moet opnieuw mijn weg vinden in de badkamer. Waar staat de tandenborstel en hoe krijg ik tandpasta op mijn borstel? Waar hangt de handdoek, waar precies is mijn bed? Na een vermoeiende dag val ik meteen in slaap in mijn eigen vertrouwde bedje.
De volgende ochtend krijg ik bezoek van vrienden. We zitten met zijn vieren aan de keukentafel aan de koffie en ik merk dat het lastig voor me is om mijn aandacht bij het gesprek te houden als het gesprek twee aan twee plaats vindt, in plaats van centraal.
In de middag komt er weer bezoek. Van twee mensen wisten we dat ze zouden komen, maar er waait ook heel wat bezoek binnen die voor de gezelligheid even langskomen. Heel leuk, ik ben blij verrast met al die belangstelling. Na een uurtje volle bak bezoek ben ik ontzettend moe. Ik heb last van het geluid aan tafel, de vele stemmen die ik hoor en de gesprekken die er gevoerd worden. Mijn partner heeft het druk met het verzorgen van koffie, thee en frisdrankjes. Als het bezoek weg is, ben ik volledig uitgeput.
Het was ontzettend fijn om zoveel belangstelling te krijgen, maar het is te vermoeiend geweest. Ik vraag aan mijn partner om de komende dagen het bezoek te verminderen zodat ik het beter kan behappen. Mijn partner is het daarmee eens, ook voor hem was het te druk.