Een blindenstok is als herkenningsstok een belangrijk hulpmiddel voor blinden en slechtzienden.
Wat is een blindenstok?
Een blindenstok, ook wel een witte stok genoemd, is een hulpmiddel dat visueel beperkte mensen helpt bij het navigeren en zich veilig te verplaatsen in het dagelijks leven. Het is ontworpen om anderen te laten weten dat de persoon die hem draagt visueel beperkt is en extra aandacht en respect vereist.
Waar moet een blindenstok aan voldoen?
Een goede blindenstok moet aan bepaalde eisen voldoen om effectief te zijn. Ten eerste moet hij een witte kleur hebben en gemarkeerd zijn met twee rode dwarsstrepen. Daarnaast moet de stok een gestandaardiseerde lengte hebben, meestal 125 tot 150 centimeter. Verder moet de stok stevig en duurzaam zijn, zodat hij lang meegaat.
Waarom een blindenstok dragen?
De meeste mensen dragen een blindenstok om verschillende redenen Ten eerste dient de blindenstok als een signaal aan anderen om voorzichtig te zijn en hoffelijkheid te tonen. Het laat mensen weten dat de persoon die hem draag visueel beperkt is en mogelijk extra hulp of begrip nodig heeft. Het vergroot ook de zichtbaarheid van de persoon waardoor het risico op ongevallen word verminderd.
Blindenstok in het verkeer
In de Nederlandse verkeerswet wordt het gebruik van een herkenningsstok erkend en beschermd. Volgens artikel 49 van het RVV 1990 heeft een persoon met een visuele beperking het recht om een herkenningsstok te gebruiken en moeten bestuurders van voertuigen hiervoor speciale voorrangsregels respecteren. Het is belangrijk voor bestuurders om attent te zijn en rekening te houden met voetgangers met een blindenstok.
Het gebruik van een blindenstok in het verkeer vereist enige vaardigheid en kennis. Allereerst moet de persoon met een visuele beperking leren hoe hij de stok op de juiste manier voor zich uit kan plaatsen. Dit hoort bij leren stoklopen. Daarnaast moet de persoon leren hoe hij de betekenis van de stok kan communiceren naar anderen. Dit kan worden gedaan door de stok stevig vast te houden en er zelfverzekerd mee te lopen, waardoor het voor anderen duidelijk is dat de persoon visueel beperkt is. Het is ook nuttig om oogcontact te vermijden met andere weggebruikers, zodat ze begrijpen dat ze extra voorzichtig moeten zijn.